Hemelbier

Johan was mijn beste vriend. Het viel dan ook niet mee om afscheid van hem te nemen toen ik op mijn 10e van Alkmaar naar het 6 kilometer verderop gesitueerde Egmond verhuisde. Sinds onze vriendschap op de kleuterschool aanving, hadden we hutten in onze speelkelder gebouwd, riddergevechten gevoerd, met lego geknutseld en een kabelbaantje met een blikje tussen onze slaapkamers gespannen (voor chips, koek, tekeningen en andere belangrijke zaken).

Johan had net als ik een jonger zusje maar daar hield de gelijkenis wel op: Johans ouders lazen Tros-kompas, die van mij de VPRO-gids. Zijn ouders aten hun aardappels gekookt, die van mij gebakken. Johans vader reed op een vrachtauto, mijn vader in een roze Renault 4.

Een half jaar na onze verhuizing was ik Johan vergeten maar hij mij nog niet. Ik ontving een uitnodiging voor zijn verjaardagspartijtje. ‘We gaan naar AZ’, stond er op het kaartje. Het zou mijn eerste bezoek aan stadion De Hout worden.

Toen Johan op de dag van zijn partijtje de voordeur opende, schrok ik van zijn nieuwe postuur. Alles was groter aan Johan, terwijl hij niet langer was geworden. In plaats van een half jaar ouder leek hij nu 5 jaar ouder dan ik. Dat gevoel ging het hele partijtje niet meer weg.

Van wat er op het veld gebeurde weet ik niets meer. Voetbal kon me nog niet zo boeien. Ik lette vooral goed op Johan. Hoe hij liep, hoe hij met zijn armen zwaaide en hoe hij zong. ‘AZ-supporters komen in de hemel, als er in de hel geen bier meer is’, hoorde ik hem meezingen. Jaren later ontmoette ik Johan nog een keer in De Hout. Hij vertelde dat hij, net als zijn vader, op een vrachtwagen reed. En dat hij veel van huis was. Ik vertelde hem dat ik thuis woonde en nog studeerde. Het was de laatste keer dat ik Johan sprak.

Een kwart eeuw later sta ik in een Brussels stadion naar een voetbalwedstrijd te kijken. Als ik mijn hoofd naar rechts draai, zie ik een meter of tien verderop de zus van Johan staan. ‘Hoi Annemiek’, had ik gezegd toen ik haar ruim voor de aftrap op weg naar een vrije plaats passeerde. Ze had geen flauw benul wie ik was. Ze was hooguit 7 jaar oud toen ik verhuisde en had me sindsdien niet meer gezien. Ergens halverwege die periode had Johans hart het begeven. We waren in die tijd al lang geen vrienden meer. Ik hoorde het nieuws van zijn overlijden pas jaren later, via-via.

Een uur na de vluchtige ontmoeting met de zus van mijn overleden jeugdvriend is de stemming onder de meegereisde Alkmaarse supporters uitgelaten. Maarten Martens, heeft net 0-1 gescoord. La-la-la’s en olé-olé-olé’s rollen over de tribune. Soms een refrein. ‘AZ-supporters komen in de hemel, als er in de hel geen bier meer is’, hoor ik een ogenblik later. Bij het horen van het regeltje sluit ik mijn ogen. Proost Johan.

8 gedachten over “Hemelbier

  1. Wat een leuk verhaaltje. Ik vind het zo leuk omdat ik zelf ook zo veel liedjes hoor wat mij aan iets herinnert. Ik ben 91 jaar en dat zijn er dus wel heel wat. Ik heb een groep mannen meegemaakt die een vliegtuig hadden gescharterd en naar den Bosch kwamen voor een bijeenkomst.
    Het waren emigranten uit Canada en hadden het ,,gemaakt,,!!!!!!! en op leeftijd.
    Er was in het Oranjehotel een vrij Chique Feest..en daar waren ze uitgenodigd.
    Er was een goed orkest die het schijnbaar aanvoelde en oude liedjes begon te spelen. Ze zongen allemaal feilloos mee. Jullie denken dat ik overdrijf ..maar echt..de tranen liepen over hun wangen. Een stoere bink zei tegen mij : ,,Dit lied heeft mijn Vader altijd gezongen,,
    Het was het lied ..Aan de muur van het oude Kerkhof..!!!!
    Na wat glaasjes zongen we allen ( ook de chique ) Vader ,o drink niet meer….Proost.
    Dit is mijn verhaal…..

  2. Bedankt voor je bijdrage Catharina. Muziek is balsem voor de geest zegt men wel eens. Het is vaak ook de deur naar een herinnering. Ik ben overigens erg nieuwsgierig waar je mijn verhaal gevonden hebt….

    • Bedankt voor je compliment Barend. Ik ga mijn ouders de groeten doen en komende vrijdag vast even aan Johan denken. Fijne gozer was het. Mijn sterke, stoere vriend.

  3. Wat een mooi en bijzonder verhaal.Ik heb het met tranen en
    een lach gelezen.Ik was zijn vrouw en ben de moeder van Johan zijn
    kinderen.Dank je dat je dit wil delen.Gr.Marjantine

  4. Wat een mooi geschreven stuk. Met tranen in mijn ogen en
    een brok in mijn keel gelezen. En wat goed om deze mooie en fijne
    herinnering te delen.

Laat een reactie achter op Catharina Huninck Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *